European Commission logo
Maak een account aan
Je kunt meerdere woorden selecteren met scheidingskomma

EPALE - Elektronisch platform voor volwasseneneducatie in Europa

Blog

Lezenswaardig

Waarom educatief werkers de recent verschenen bundel “Sociaal leren, vroeger en nu” moeten lezen.

Profile picture for user nklercju.
Jumbo KLERCQ
Community Collaborator (Silver Member).

Generatiekloof

Binnen de sector volwasseneneducatie is steeds vaker sprake van een generatiekloof tussen jonge educatieve werkers (35-) en een oudere lichting (55+), die zich aan het terugtrekken is. De tussenleeftijdscategorie is klein: velen hebben inmiddels een andere job gevonden. De jongeren beginnen enthousiast als NT1 of NT2-docent of  begeleiden inburgeringstrajecten. Ze zijn anders opgeleid (meer functioneel beroepsgericht en minder theoretisch onderlegd) dan de ouderen (die een meer andragogische opleiding gevolgd hebben). Het beroep van educatief werker staat niet in hoog aanzien, het klinkt niet erg sexy. Toch is het mooi als je mensen tot nadenken kan stemmen en hen in hun kracht weet te zetten. Ondanks dit bijzondere werk vallen de salarissen tegen en zijn de carrièremogelijkheden beperkt. De jongeren werken vaak in deeltijd en op basis van korte contracten. Ze zijn zich vaak niet bewust van de enorme bezuinigingen die in deze sector hebben plaatsgevonden en hebben niet of nauwelijks een idee hoe rijk en gevarieerd de sector in de zestiger en zeventiger jaren ooit geweest is. De ouderen daarentegen hebben zowel de professionaliseringsgolf als de kaalslag meegemaakt en zijn inmiddels met pensioen of nog actief als vrijwilliger. 

Sociaal leren, vroeger en nu

Onlangs verscheen de inspirerende bundel “Sociaal leren, vroeger en nu”, die een brug slaat tussen de jongere en oudere generatie. Deze lezenswaardige publicatie is het eindresultaat van een seminar in 2022 met de intrigerende titel “Terug naar de Toekomst”. Het was een eerbetoon aan de in 2021 overleden Rob Hajer, een van de voortrekkers op het gebied van de volkshogeschoolbeweging en permanente educatie. Terug refereert aan de idealen eind 20e eeuw, de toekomst verwijst naar actuele maatschappelijke ontwikkelingen in het hier en nu en straks. Er wordt teruggeblikt op de betekenis van degeneratie van Rob Hajer tegen het licht van actuele uitdagingen. Het gaat het over hoe levend idealen van toen tegenwoordig nog (kunnen) zijn en hoe in het huidige tijdsgewricht volwasseneneducatie bij kan dragen aan het oplossen van maatschappelijke kwesties. 

Wie was Rob Hajer?

Rob Hajer (1929-2021) was een universitair hoofddocent aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, die veel publiceerde over volwassenenvorming. Hij startte zijn loopbaan als cursusleider op de Volkshogeschool Allardsoog bij Bakkeveen en was ook docent aan de Academie voor Sociale en Culturele Arbeid (ASCA) in Groningen. In de zestiger jaren raakte hij betrokken bij overleg tussen volksontwikkelingsorganisaties waaruit een landelijke organisatie tot stand kwam, het Nederlands Centrum voor Volksontwikkeling (NCVO). Als directeur van deze instelling was Hajer belangrijk voor de ontwikkeling van het volwassenenonderwijs.

Wat was de volkshogeschoolbeweging?

De eerste volkshogescholen werden vanaf het midden van de 19e eeuw gesticht in Denemarken door de dichter en theoloog N.F.S. Grundtvig. Het doel was het platteland te emanciperen en verzet te bieden tegen het opkomende rationalisme en liberalisme. Ook in Nederland werden volkshogescholen opgericht, die het karakter kregen van vormingsinstellingen in internaatsverband. Allardsoog (nabij Bakkeveen) was de plaats waar in 1931-1932 de eerste volkshogeschool van start ging en in 1968 had elke provincie een volkshogeschool of vormingscentrum.Er werden veel meerdaagse cursussen gegeven voor zeer uiteenlopende doelgroepen, gericht op sociaal functioneren in de samenleving. Methodisch ging het om een combinatie van ontmoetingsactiviteiten, ervaringsleren, groepsdynamica en sociale actie, zowel met traditionele organisaties als met nieuwe sociale bewegingen. Ook toen al ging het om thema’s als stad en platteland, gelijke kansen, duurzaamheid, en cultuurparticipatie. Door de herstructurering van de subsidiestromen werden de volkshogescholen in de tachtiger jaren echter gedwongen tot fusies om marktconform te werken en de sobere accommodaties werden getransformeerd tot moderne conferentiehotels. Zo werden veel volkshogescholen commerciële trainingscentra.

Wat was permanente educatie?

In een voorlichtingsbrochure van het ministerie van CRM werd het als volgt verwoord: “Éducation permanente betekent in wezen een versterking van de zelfstandigheid van het individu, zij scherpt zijn vermogens tot kritische stellingname, zij vergemakkelijkt zijn positiebepaling in de maatschappij, zij versterkt zijn verantwoordelijkheidsgevoel en zij bevordert de sociale actie.” Het doel was de emancipatie van de burger en de democratisering van de samenleving. Het ging om participatie, mondigheid, zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid. Of zoals Hajer het formuleerde: “Het beginsel van permanente educatie beoogt de uitgroei naar een nieuwe maatschappij waaraan een ieder op eigen wijze deel kan hebben met de nadruk op individuele verantwoordelijkheid en creativiteit.” De concrete inzet voor een wettelijke regeling van een educatief verlof werd echter niet gerealiseerd. In plaats daarvan ontstond het idee van een leven lang leren en een leven lang ontwikkelen. 

Ontmoeting tussen generaties

De publicatie laat zien hoe op het kruispunt van toen en nu verschillende generaties professionals elkaar ontmoeten. Jongere collega’s vinden de taal van toen, zoals die werd gebezigd in de publicaties over vormings- en ontwikkelingswerk lastig te begrijpen. Er is een vertaalslag nodig. Oudere collega’s zijn daarop te bevragen. We spreken nauwelijks meer van vormings- en ontwikkelingswerk, maar wel van non-formeel en informeel leren. Een gedeelde conclusie is dat het vormingswerk niet dood is, al noemen we het niet meer zo en is de werksoort als zodanig verdwenen. Mensen leren, al of niet bewust, in allerlei informele situaties, in hun buurt, op hun werk, in verenigingen, al dan niet begeleid door (vrijwillige) professionals. We noemen dit nu sociaal leren en dit sociaal leren is overal. 

Sociaal leren

Het sterke punt in deze publicatie is dat er opnieuw aandacht gevraagd wordt voor sociaal leren. Het sociale staat voor twee elkaar aanvullende betekenissen. Enerzijds om het aanleren van sociale vaardigheden die te maken hebben met vragen in relatie tot maatschappelijke participatie en verbondenheid, anderzijds  om het verbinden van persoonlijke ervaringen met ervaringen van lotgenoten. Leren voor en door de groep. Je zou daar nog een derde dimensie aan kunnen toevoegen: namelijk de dialoog tussen verschillende belanghebbenden, bijvoorbeeld burgers en overheid. Bij sociaal leren gaat het om non-formeel en informeel leren in allerlei situaties. Leren dat dus niet leidt tot een bepaald diploma. Hoewel er minder institutionele verbanden voor dit soort leerprocessen overgebleven zijn, komen ze steeds vaker voor in burgerinitiatieven, zij het zonder professionele vormings- en opbouwwerkachtige begeleiding. Dat maakt deze leerprocessen minder goed zichtbaar. Het is belangrijk dat sociaal leren beter herkend en erkend wordt en dat educatie als onmisbaar gezien wordt voor de maatschappelijke ontwikkeling. 

Actuele thema’s

De bundel doet verder verslag van discussies tussen de seminardeelnemers over een viertal actuele thema’s: platteland, verduurzamen, gelijke kansen en cultuurpolitiek. Dwars daar doorheen lopen transversale thema’s als inclusie, diversiteit, laaggeletterdheid en de digitale transitie. Er worden verschillende voorbeelden van sociaal leren gepresenteerd. In het laatste hoofdstuk worden tenslotte perspectieven en uitdagingen voor sociaal leren geschetst.

Waardering 

De publicatie “Sociaal leren, vroeger en nu” verbindt op vloeiende wijze de opvattingen en idealen die doorklinken in de werken van Rob Hajer met de praktijk van het sociale leren in de 21 e eeuw. Daarmee is het prima gespreksstof tussen verschillende generaties educatieve werkers en biedt het tal van aanknopingspunten om sociaal leren beter zichtbaar en herkenbaar te maken.   

De online-publicatie is zonder kosten verkrijgbaar via het secretariaat van de Kring via het mailadres andragologie@uva.nl.                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                        

 

Login (0)